Deze website maakt gebruik van cookies die noodzakelijk zijn om de website zo goed mogelijk te laten functioneren. Klik op "Akkoord" als je akkoord gaat met het gebruik van cookies, klik op "Aanpassen" voor meer informatie en om zelf te bepalen welke cookies worden geplaatst.
Zelfredzame dorpen met een eigen bestuur
Drenthe was eeuwenlang volledig zelfvoorzienend en zelfredzaam. Ook de bestuurlijke zaken werden in de lokale gemeenschap geregeld, via de zogeheten boermarken. Alhoewel de boermarken vandaag de dag geen officiële macht meer hebben, spelen ze nog altijd een grote rol in het leven van de Drenten.
Boermarken
In Drenthe was het landsbestuur ver weg. Ook waren er nauwelijks adellijke grootgrondbezitters. Hierdoor waren de Drentse boeren vrij om zelf hun bestuur te regelen. Aan het einde van de veertiende eeuw begonnen ze met het stellen van grenzen (marken) aan hun leefgebied. Samen met hun directe buren organiseerden ze zichzelf in een boermarke. Binnen de boermarke maakten de boeren afspraken over het beheer van de gemeenschappelijke gronden.
Boerrigter
Alleen de rijkere boeren met veel eigen grond, de zogenaamde ‘eigenerfden’, konden lid worden van de boermarke. De kleine boeren en pachters, de zogeheten ‘keuters’ en ‘meiers’ werden niet toegelaten. Hoe groter het bedrijf van de boer, hoe groter zijn aandeel in de marke. De belangrijkste boer van het dorp werd uitgeroepen tot ‘boerrigter’. Wanneer er een belangrijke mededeling gedaan moest worden, of wanneer er iets moest gebeuren, blies deze op de boerhoorn. Zo werd de start van het oogstseizoen altijd ingeluid met de boerhoorn.
Essenlandschap
De boeren verbouwden rogge, gerst, boekweit, haver en aardappelen op hun akkers. Iedere boer had een lang, strookvormig perceel land. Aaneengesloten vormden deze stroken land de ‘es’. Om wild buiten de akkers te houden werd om de es een wal aangelegd. Deze werd beplant met eiken en struiken, die de boeren voorzagen van veevoer, vruchten, geneeskrachtige kruiden en hakhout.
Hecht dorpsleven
Aan de rand van de es lagen de boerderijen, die samen een es- of brinkdorp vormden. De boeren hielden koeien, varkens en Drentse heideschapen, voor vlees, melk en wol. Bijen zorgden voor honing. In moestuinen werden groenten verbouwd. In het dorp heerste een sterke gemeenschapszin. Iedereen hielp elkaar wanneer nodig.
Boermarken anno nu
Sinds het einde van de 19e eeuw hebben de boermarken geen officiële bestuurlijk zeggenschap meer. Desondanks bestaan er nog ruim tachtig boermarken in Drenthe. Deze zorgen niet alleen voor een sterke saamhorigheid, maar worden ook nog steeds ingezet voor het beheer van de eigen leefomgeving. Zo beheren de boermarken nog steeds enkele wegen en zijn ze actief in natuuronderhoud, weidevogelbeheer en de aanleg van nieuwe natuurbiotopen. Ze werken hierbij nauw samen met landschapsbeheerorganisaties en overheden.
Ervaar het zelf
Zelf het erfgoed in de provincie Drenthe beleven tijdens een leuke activiteit? Plan je bezoek met behulp van onze speciale kalender!
Plan je bezoek